Volkorenproducten zijn goed voor je gezondheid. Ze leveren veel gezonde voedingsstoffen zoals vezels, eiwitten, vitaminen en ijzer. Ook verkleinen volkorenproducten de kans op hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en darmkanker. Maar is volkoren ook altijd echt volkoren?
In de Warenwet staat dat de term ‘volkoren’ bij brood en meel mag worden gebruikt als het ook daadwerkelijk van 100% volkorenmeel is gemaakt. Deze term is dus wettelijk beschermd. Hierdoor weet je bij het kopen van een volkorenbrood zeker dat het brood van 100% volkorenmeel is gemaakt.
Naast volkorenbrood en volkorenpasta vind je ook volkoren varianten van crackers, beschuit, koekjes, pannenkoeken en zelfs pizzabodems.
Bij deze producten mag de term ‘volkoren’ ook gebruikt worden als het product voor minder dan 100% uit volkorenmeel bestaat. Op de voorkant van de verpakking kan dus groot ‘volkoren’ staan, terwijl er misschien maar 10% volkorenmeel in zit.
Naast volkorenmeel bestaan deze producten vaak voor een deel uit (tarwe)bloem. In bloem zitten ook gezonde voedingsstoffen, waaronder vezels, maar deze zijn in een lagere hoeveelheid aanwezig dan in volkorenmeel. Zo kan een volkorenproduct dus minder gezond zijn dan je denkt.
Check bij het kiezen van producten als crackers, beschuit en pasta daarom eens de ingrediëntenlijst of voedingswaardetabel op de verpakking. In de ingrediëntenlijst kun je lezen hoeveel procent volkorenmeel het product bevat. In de voedingswaardetabel zie je onder andere het aantal gram vezels per 100 gram van het product. Hoe meer vezels, hoe meer volkorenmeel een product bevat en hoe gezonder het product dus is!
Bronnen: