Een droge mond komt door een tekort aan speeksel. Dit kan het gevolg zijn van bestraling in het gebied rondom het hoofd en de hals, sommige vormen van chemotherapie en bepaalde medicijnen. Ook uitdroging, roken en niet eten en drinken kunnen zorgen voor een droge mond.
Een droge mond door bestraling kan, afhankelijk van de dosis van de bestraling, blijvend zijn. Veel drinken helpt dan over het algemeen niet.
Het spoelen van je mond met een zoutoplossing kan helpen tegen een droge mond. Spoel je mond hierna met water.
Een zoutoplossing kun je zelf maken door 2 theelepels keukenzout toe te voegen aan 1 liter (lauw) water. Bewaar de oplossing maximaal 1 dag in de koelkast. Maak ieder dag een nieuwe oplossing klaar. Bij de drogist en apotheek kun je kleine flesjes kopen die je zelf met de zoutoplossing kunt vullen voor thuis en onderweg.
Ook bestaan er verschillende soorten kunstspeeksel. Bespreek met je verpleegkundige of mondhygiënist of dit voor jou kan helpen. Je kunt kunstspeeksel zonder recept verkrijgen bij de apotheek.
Zorg dat je altijd wat te drinken binnen je bereik hebt, ook ’s nachts. Neem onderweg altijd een waterflesje mee. Neem gedurende de dag kleine slokjes water.
Bij een droge mond heb je een grotere kans op ontstekingen en gaatjes in je tanden. Poets daarom na elke maaltijd je tanden, maar maximaal vier keer per dag. Gebruik hiervoor een zachte tandenborstel en tandpasta met fluoride of een mentholvrije of milde tandpasta. Spoel je mond goed na elke maaltijd en na het eten van suikerrijke of zure producten. Als je een kunstgebit draagt is het belangrijk deze regelmatig schoon te maken met een milde zeep.
Verzorg daarnaast ook je lippen goed. Vet tegen uitdroging je lippen regelmatig in met een lippenbalsem.
Het eten van friszure producten zorgt voor de aanmaak van dun speeksel. Denk aan producten als ananas, augurk, komkommer, zilveruitjes, appel, tomaat, citroen of sinaasappel. Bij beschadigingen in de mond kan het eten van zulke zure producten echter pijn doen. Eet dit dan vooral niet.
Kauwen zorgt voor de aanmaak van meer speeksel. Door bijvoorbeeld op (suikervrije) kauwgom, komkommer of stukjes wortel te kauwen wordt er meer speeksel aangemaakt.
Ook zuigen op waterijs of pepermunt kan helpen om meer speeksel aan te maken. Maar omdat deze producten suiker bevat kan het gebruik ervan het ontstaan van gaatjes in de tanden bevorderen. Beperk het aantal ‘zoet-momenten’ en gebruik daarom vooral producten zonder suiker om de speekselaanmaak te stimuleren.
Neem bij iedere hap eten iets te drinken, zodat het vocht door kauwen met het eten wordt vermengd. Gebruik dranken om harde producten zachter te maken. Denk aan het dippen van een koekje in de thee of melk en brood in soep of bouillon.
Voeg aan je maaltijd extra jus, saus, crème fraîche, mayonaise of boter toe. Dit helpt om de maaltijd zachter te maken en gemakkelijker te kunnen eten. Ook een pastagerecht met extra saus kan prettig zijn bij een droge mond.
Brood kun je vervangen door verschillende soorten pap, vla, kwark of drinkontbijt. Neem ook eens ontbijtproducten als muesli of cornflakes met yoghurt of melk. Brood kan ook zonder korst of geroosterd gegeten worden. Kies voor smeuïg beleg, zoals smeerkaas, roerei, paté, leverpastei, jam, honing, fijngemaakt fruit en vlees-, ei- of vissalade. Ook het toevoegen van extra boter, room, crème fraîche, mayonaise of olie kan helpen om je eten zachter te maken.
Wanneer je soep eet, zorg dan dat dit een goed gevulde maaltijdsoep is zodat je voldoende voedingsstoffen binnenkrijgt. Je kunt wel tijdens het eten bouillon drinken voor vocht in je mond, maar het bevat onvoldoende voedingsstoffen voor een volledige maaltijd.
Lees hier meer over zachte voeding.